teerd is, moet het gebruik onmiddellijk worden gestopt en het apparaat uit een explosiege-
vaarlijke omgeving worden verwijderd . Er moeten maatregelen worden getroffen om het
onopzettelijk inschakelen van het apparaat te voorkomen . De veiligheid van het apparaat kan
bijv . gecompromitteerd zijn, indien:
Er storingen optreden .
Er schade zichtbaar is aan de behuizing van het apparaat .
Het apparaat is blootgesteld aan extreme belastingen .
Het apparaat onjuist is opgeborgen .
Merktekens of labels op het apparaat onleesbaar zijn .
Het is raadzaam om een apparaat dat defecten en beschadigen vertoont of waarvan dit wordt
vermoed, terug te sturen naar i.safe MOBILE GmbH voor onderzoek .
EX-RELEVANTE SICHERHEITSVORSCHRIFTEN
Het gebruik van dit apparaat veronderstelt dat de gebruiker de normale veiligheidsvoor-
schriften naleeft en zowel de handleiding, de veiligheidsinstructies en het certificaat
heeft gelezen en begrepen . De volgende veiligheidsvoorschriften moeten in acht worden
genomen:
Alle ingangen van het toestel moeten bij gebruik in explosiegevaarlijke omgevingen afgeslo-
ten zijn .
Om de IP-bescherming te kunnen waarborgen, moet worden verzekerd dat alle afdichtingen
correct op het apparaat zijn aangebracht . Tussen de beide apparaathelften mag geen grote
spleet te zien zijn .
Het apparaat mag alleen worden opgeladen buiten explosiegevaarlijke omgevingen .
Bekabelde gegevensverbindingen zijn alleen toegestaan buiten potentieel explosieve
gebieden .
Laad het apparaat alleen op bij omgevingstemperaturen tussen +5°C . . . +35°C .
Stel het apparaat niet bloot aan bijtende zuren of logen .
Het apparaat mag alleen in zone 2 of 22 worden geplaatst .
Gebruik alleen toebehoren dat door i.safe MOBILE is goedgekeurd .
OVERIGE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Raak het scherm van het apparaat niet aan met scherpe voorwerpen . Stofdeeltjes en
nagels kunnen krassen veroorzaken op het scherm . Zorg dat het scherm schoon blijft .
Verwijder stof voorzichtig met een zachte doek van het scherm en maak geen krassen
op het scherm .
Laad het apparaat alleen in droge binnenruimtes .
Plaats het apparaat niet in omgevingen met extreme temperaturen, omdat dit tot
verhitting van de accu kan leiden wat brand of een explosie tot gevolg kan hebben .
Laad het apparaat niet op in de buurt van brandbare of explosieve substanties .
Laad het apparaat niet in een vochtige, stoffige of te warme of te koude omgeving .
Gebruik het apparaat niet op plaatsen waar het gebruik verboden is .
Stel het apparaat of het laadapparaat niet bloot aan krachtige elektrische magneetvelden,
zoals die bijv . worden opgewekt door inductieovens of magnetrons .
50