Gebruikershandleiding elektronisch slot met noodsleutel
1. Algemeen
1.1 Code invoer
Het elektronische slot werkt met een achtcijferige code. De eerste twee cijfers staan voor de gebruiker ID, gevolgd
door zes persoonlijke cijfers.
Iedere invoer wordt bevestigd met een pieptoon. Voor het intoetsen van elke toets heeft u tien seconden.
Wanneer u meer dan tien seconden wacht, verdwijnt de ingevoerde code en moet u de code opnieuw invoeren.
Het intoetsen van een toets kan ongedaan worden gemaakt door twee keer de 'P' in te toetsen.
1.2 Kluis openen
Toets de achtcijferige code in (fabriekscode 0-0-1-2-3-4-5-6) en ontgrendel de deur binnen vier seconden door de
handgreep met de klok mee te draaien. Opent u het slot niet binnen vier seconden dan wordt het slot automatisch
weer vergrendeld.
Elke invoer dient te worden afgesloten met de enter-toets . Bij het intoetsen van een geldige code hoort u een
tweevoudig geluidssignaal en zal het groene lampje twee keer knipperen. Bij het invoeren van een foutieve code
hoort u een drievoudig geluidssignaal en zal het rode lampje drie keer knipperen.
1.3 Kluis sluiten
Sluit de deur en draai de draaiknop in sluit-positie door deze 90 graden tegen de klok in te draaien. Het slot wordt
nu automatisch vergrendeld. U kunt testen of het slot is vergrendeld door de draaiknop in de
open-positie (met de klok mee) te draaien.
1.4 Blokkering
Het toetsenbord wordt automatisch één minuut geblokkeerd indien er drie foutieve codes achter elkaar worden
ingevoerd. U hoort een drievoudig geluidssignaal en het rode lampje knippert. Wanneer u na afloop van de
blokkeerperiode weer een foutieve code ingeeft, volgt er opnieuw een wachttijd van respectievelijk twee, vier,
acht, tot maximaal zestien minuten.
1.5 Veiligheidsadvies
Zet bij het in gebruik nemen van de kluis direct de standaard fabriekscode om in uw eigen persoonlijke
toegangscode. Wanneer u een code kiest, vermijd dan voor de hand liggende combinaties zoals de getallen van uw
geboortedatum of een deel van uw telefoonnummer of postcode. Onthoud de code en houd deze voor uzelf. Wilt
u de code toch graag opschrijven, bewaar deze dan op een veilige plek.
1.6 Noodsleutel
De noodsleutel dient alleen gebruikt te worden in noodsituaties. U kunt deze sleutel gebruiken als u uw code bent
vergeten of wanneer het elektronische slot niet functioneert. Bewaar deze sleutel op een veilige plek. Hoe u de
kluis kunt openen met de noodsleutel leest u in hoofdstuk 6 van deze handleiding.
4