2
2.4
CONFIGURATIE HOGE/LAGE INSTALLATIE
De unit kan zowel op het lage deel van de muur (aan de vloer grenzend) als het hoge deel van de muur (aan het plafond grenzend)
geïnstalleerd worden. Om de verdeling van de lucht en het comfort van de omgeving te optimaliseren, kan de luchtafgifte gewijzigd
worden door slechts de configuratie van de controlelogica van de luchtuitlaat-flap te veranderen op grond van het gekozen type
installatie.
1.
Sluit de elektrische voedingsleiding aan
2.
controleer of de machine op stand-by staat; controleer of alle leds van het display (Afb.19) uit zijn
3.
Druk op de display-knop (afb.19 ref.H) tot een geluidssignaal klinkt en laat de knop los
4.
Druk onmiddellijk na punt 3, om de machine te configureren voor de hoge installatie op de muur, op de display-knop (afb.19
ref. H) waarna de gele led C gaat branden (afb.19)
5.
Druk om de machine te configureren voor de lage installatie op de muur opnieuw op de display-knop (afb.19 ref. H) waarna
de groene led D gaat branden (afb.19)
6.
Wacht enkele seconden tot de stand-bymodus hersteld is alvorens de machine te starten; controleer of alle leds van het
display (afb. 19) uit zijn
N.B.: in de fasen 4 en 5 zullen ook de groene led D en de rode led A gaan branden
2.5
WERKINGSTESTEN EN DIAGNOSE VAN EVENTUELE STORINGEN
Mocht de klimaatregelaar geblokkeerd raken met een alarmsignalering geef dan aan het assistentiecentrum de knipperende leds
door om de tussenkomst te vereenvoudigen (afb. 19).
Led D: duidt op actieve situatie
Led C: duidt op actieve timer
Led B: duidt op compressor ON
Led A: duidt op de mogelijke noodzaak van reiniging van het filter
Na die handeling moet de led met de hand uitgezet worden zoals aangeduid wordt in paragraaf 2.6.1
2.5.1
Afvoer condenswater in geval van nood
Als storingen in het systeem voor de verwijdering van het condenswater optreden, stopt de klimaatregelaar en signaleert de alar-
mstatus met de intermitterende inschakeling van de tweede, derde en vierde led van links (oranje, groen en rood).
Om het apparaat tijdelijk te laten werken, in afwachting van de tussenkomst van het assistentiecentrum, kunt u het bevatte water
afvoeren met de volgende eenvoudige handelingen:
-
verwijder de dop maar breng eerst een voldoende grote bak (voor minstens vijf liter) in positie om het water op te vangen
(zie afb. 20).
-
is het defect eenmaal verholpen, dan zal het assistentiecentrum de afvoerleiding opnieuw sluiten.
2.6
PERIODIEK ONDERHOUD
De klimaatregelaar die u gekocht heeft, is zo bestudeerd en ontworpen dat de gewone onderhoudswerkzaamheden tot het mini-
mum beperkt worden.
Deze werkzaamheden beperken zich inderdaad tot alleen de hierna vermelde reinigingswerkzaamheden:
-
De reiniging of het wassen van het omgevingsluchtfilter om de 2 weken of telkens wanneer de betreffende
Rode led gaat branden (handeling uit te voeren door de gebruiker, zie de handleiding voor het gebruik)
-
De reiniging van de condensor en de reiniging van het condensbeheersysteem. Deze werkzaamheden moeten periodiek
uitgevoerd worden door competent technisch personeel, met een frequentie die afhankelijk is van de plaats van installatie
en de gebruiksintensiteit. Al naargelang de hoeveelheid vuil kan men zich beperken tot de droge reiniging (door met een
compressor op de condensor en op het bakje te blazen en met een zachte borstel de vinnen te reinigen, erop lettend die
niet te vervormen), of tot een grondiger reiniging met ook het wassen met speciale reinigingsmiddelen.
Alvorens het werkterrein te verlaten, is het een goede zaak de verpakkingen te verzamelen en met een vochtige doek alle sporen
van vuil weg te nemen die op het apparaat terecht gekomen zijn tijdens de montage (afb. 21).
Deze handelingen zijn logisch gezien niet strikt noodzakelijk maar in de ogen van de gebruiker zal het professionele imago van
degene die het apparaat geïnstalleerd heeft hoe dan ook versterkt worden.
Om onnodig bellen door de gebruiker te voorkomen is het een goede zaak, alvorens het werkterrein te verlaten, om:
-
hem de inhoud van de Handleiding met Instructies voor de Gebruiker te illustreren,
-
hem de werkwijzen te illustreren waarmee het filter gereinigd moet worden.
-
Hem uitleg te geven wanneer en hoe contact met de Assistentiedienst opgenomen moet worden.
96