Télécharger Imprimer la page

DEDRA DED9975 Mode D'emploi Avec Bulletin De Garantie page 34

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 25
 De in-en uitlaat van de kachel mag niet worden geblokkeerd. Het toestel kan
hierdoor slecht werken.
 Het is verboden om wijzigingen aan de contructie van het toestel zelf aan te
brengen. Dit kan zeer gevaarlijk zijn. Demontage van de kachel kan ertoe
leiden dat het toestel slecht werkt en brand of ontploffing veroorzaken.
 Gebruik het toestel niet in ruimtes met een hoge vochtigheid. Stel het toestel
niet bloot op werking van atmosferische neerslag (regen, sneeuw).
 Om het werkende toestel te beveiligen tegen brand zorg voor voldoende
ruimte rondom het toestel.
 Laat de kachel niet overhitten. Oververhitting kan brand of ontploffing
veroorzaken.
 Het is verboden om de gasfles los te draaien of te vervangen tijdens de
werking van de kachel, dit is heel gevaarlijk! Kan brand of ontploffing
veroorzaken!
 In de ruimte waarin de kachel wordt gebruikt, dient zich een poederblusser of
een deken te bevinden.
 De ruimtes waarin de kachel zich bevindt, dienen met rook-en gasdetectors
te zijn uitgerust.
 Niet gebruiken in voertuigen voor recreatieve doeleinden zoals caravans en
campers.
 Het is verboden om de kachel dicht bij wanden, meubels, gordijnen, dekens
en andere licht ontvlambare materialen te plaatsen wegens brandgevaar.
 De behuizing van het toestel dient om het risico voor brand of brandwonden
te vermijden en het is verboden om de onderdelen ervan permanent te
demonteren. DE BEHUIZING BIEDT GEEN VOLLEDIGE BESCHERMING
TEGEN KINDEREN EN ZWAKZINNIGE PERSONEN.
3. Bestemming van het toestel
Het toestel dient om goed verluchte woonruimtes, waarin het vereist is om de
temperatuur te kunnen behouden of te verhogen met behulp van het
propaan/butaangas, te verwarmen. De kachel dient om aanvullende warmte te
verstrekken en kan geen voornaamste verwarmingsbron zijn. Dankzij de
ingebouwde kamer voor de fles neemt het toestel slechts een kleine ruimte in.
De kachel kan op eenvoudige wijze worden verplaatst door middel van de
gemonteerde wieltjes. Met behulp van de draaiknop kan de gebruiker het
vermogen van het toestel op het gebied van 1.4kW/2.8kW/4.2kW regelen.
4. Beperkingen betreffende het gebruik
Het toestel mag enkel overeenkomstig met de hieronder vermelde „Toelaatbare
werkomstandigheden" worden gebruikt. Het toestel mag niet gebruikt worden
om stallen en boerderijen ed. permanent te verwarmen. Zelf verrichte
mechanische wijzigingen aan de behuizing, om het even welke modificaties,
onderhouden die in deze gebruiksaanwijzing niet zijn vermeld, zullen als
onrechtmatig worden beschouwd en tot onmiddellijk verlies van rechten op
garantie leiden waarbij de conformiteitsverklaring zal vervallen. Gebruik dat niet
in overeenstemming met de bestemming of de gebruiksaanwijzing is, zal tot
onmiddellijk verlies van de rechten op garantie leiden. Niet gebruiken in hoge
ruimtes, badkamers, slaapkamers op zolders en onder het niveau van begane
grond.
TOELAATBARE WERKOMSTANDIGEHDEN
Het toestel mag enkel gebruikt worden in goed verluchte ruimtes ver
van licht ontvlambare materialen. Niet gebruiken in woningen. Niet
gebruiken in kelders en in ruimtes onder het niveau van de begane
grond. Laat een ingeschakeld toestel zonder toezicht niet achter.
5. Technische gegevens
Model
Soort gas
Categorie van het toestel
Gasdruk
Thermisch vermogen
Gasverbruik
Ontsteking
Land van bestemming
Afmetingen
Afmetingen na montage
Soort gasfles
Gewicht (zonder fles)
Gaskabel
Jaar van afgifte van CE-markering
Drukregelaar
Aanvoerkoppeling
Ingaande druk
Druk van reductoruitlaat
Regelaarcapaciteit [kg/h]
Werktemperatuur [°C]
Inlaatkoppeling
Uitlaatkoppeling
6. Voorbereiding tot de werkzaamheden
Lees de gebruiksaanwijzing aandachtig alvorens de gaskachel in te schakelen.
Tot het toestel dient een fles gevuld met propaan/butaangas overeenkomstig
met de technische gegevens zoals vermeld in de gebruiksaanwijzing te worden
aangekocht. Na het uitnemen van het toestel uit de verpakking, controleer of
34
DED9975
propaan/butaan (G30)
I3B/P
37 mbar
1,4kW/ 2,8kW/4.2 kW
max.305 g/h
piëzo-elektrisch
PL, AT, BE, BG, CH, CY, CZ, DE,
DK, EE, ES, FI, FR, GB, GR, HR,
HU, IE, IS, IT, LT, LV, MT, NL, NO,
PL, PT, RO, SE, SI, SK, TR
420 x 350 x 735mm
420 x 430 x 735mm
11 kg
8,8kg
GF38 EN 1763 1Class 10 mm
19
A310
W21,8x1/14LH-G12-27mm
nakrętka (G16)
1-16 bar
37 mbar
1,5 kg/h
20-50
G1,G2,G4,G5,G6,G7,G8,G9,G10,
G11,G12,
H1,H4,H50,H51,
alle onderdelen werden meegeleverd zoals opgegeven in complementatie (zie
punt 12). Alvorens met de montage te beginnen, controleer of de meegeleverde
onderdelen niet zijn beschadigd. In geval er beschadigde onderdelen worden
vastgesteld, mag het toestel niet ingeschakeld worden en dient dit feit aan de
verkoper te worden gemeld. Alvorens de kachel aan de fles te koppelen, dient
het toestel met meegeleverde etiketten te worden bekleefd overeenkomstig met
de code van het land van bestemming.
Aansluiting van de gasfles
1. Plaats het toestel op een even ondergrond.
2. Draai het achterste paneel dat de fles beveiligt los.
3. Plaats de gasfles in de fleszone achter de kachel overeenkomstig met (Tek.
A), zodat de uitlaat van de flesklep zich aan de buitenkant van de
verbrandingskamer bevindt.
4. Sluit de regelaar aan de fles met de gaskabel aan door de bevestigingsmoer
van de regelaar vast te draaien zodat de aansluiting niet lekt (Tek. C).
5.Voer vervolgens de dichtheidstest uit. Als de test geen lekkage aantoont, draai
het veiligheidspaneel van de fles vast alvorens ze uit de achterste kachelkamer
in de richting van de kachelbehuizing te schuiven.
Dichtheidstest
Na beëindiging van de montage dient de klep op de fles te worden losgedraaid
en de aansluiting met de dichtheidstester te worden gecontroleerd. Indien er
geen dichtsheidstester voor handen is dan dient de test met behulp van op de
markt beschikbare schuimpreparaten of door middel van water met zeep te
worden uitgevoerd. Als er gasbellen of blaasjes verschijnen dan geeft dat
lekkage aan. Deze lekkage moet worden hersteld en dient de test vervolgens
opnieuw te worden uitgevoerd.
Drukregeleaar
De regelaar van de kachel is een eenfasige drukregelaar voor vloeibaar gas met
vaste uitgaande druk bestemd voor rechtstreekse montage op de gasfles.
Wegens veiligheidsoverwegingen is de regelaar uitgerust met een linker
schroefdraad en voor een eenvoudige identificatie is de moer met een insnijding
gemarkeerd.
Gebruik en aansluiting van de regelaar:
Tijdens de aansluiting dient de richting van de gasstroom aangeduid door de
pijltjes op de behuizing te worden behouden; let op dat aansluitingen op
gastoestellen een linker schroefdraad hebben en dat de moeren met een
insnijding zijn gemarkeerd.
- controleer of de juiste doorstroming van installatie-elementen gegarandeerd is
- controleer de aansluiting op lekkage
- in geval van een gaslekkage sluit de flesklep onmiddellijk en neem met de
technische dienst contact op
- na volledig vastdraaien van de bevestigingsmoer die de regelaar met de fles
verbindt, draai de moer niet harder vast. Dit zal ervoor zorgen dat een eventuele
beschadiging van de schroefdraad en gaslek wordt vermeden.
- indien de kachel gedurende een lange periode niet wordt gebruikt dan dient de
flesklep te worden afgesloten.
Montage van de regelaar aan de uitlaataansluiting van de
flesklep:
- draai de regelaar met aangesloten elastische kabel gekoppeld aan de kachel
aan de uitlaataansluiting van de flesklep vast; na vastdraaien van de moet
probeer ze niet harder in te draaien.
- draai de flesklep langzaam los
- controleer alle aansluitingen op lekkage
- als er geen gaslekken voorkomen (symptoom: schuimen van het preparaat)
mag de kachel worden gebruikt.
Uit te voeren handelingen in geval van een gaslek:
- sluit de flesklep onmiddellijk af,
- doof alle vuurbronnen,
- verlucht de ruimte om de gasconcentratie te verdunnen,
- verwijder de oorzaak van lekkage, - na het losdraaien van de klep voer de test
op lekkage nogmaals uit.
Het is verboden om het toestel te gebruiken wanneer
lekkage wordt vastgesteld. Het is verboden om de
dichtheidstest uit te voeren met behulp van een open vlam. Het is
verboden om de slang af te dichten met behulp van een isolatieband.
Het toestel werd uitgerust in beveiligingen die het kacheltje uitschakelen in geval
van:
– Uitdoven van de vlam: de kachel wordt automatisch uitgeschakeld.
–Wanneer de kachel scheef staat dan schakelt hij zich automatisch uit. Om het
kacheltje opnieuw in te schakelen: plaats het kacheltje in verticale positie en
controleer het op eventuele schade.
7. Inschakelen van het toestel
Alvorens het toestel in te schakelen dienen de
handelingen beschreven in deel „Voorbereiding tot de
werkzaamheden" alleszins te worden uitgevoerd".
De kachelt is uitgerust met een driefasige vermogensinstelling. De verschillende
instellingen van de regelaar zijn op de tekeningen getoond: Ontsteken (Tek. F),
minimaal vermogen (Tek. G), gemiddeld vermogen (Tek. H), maximaal
vermogen (Tek. I)
Om de kachel in te schakelen:
-Draai de klep van de gasfles open,
-Houd de draaiknop ingedrukt en druk de rode knop „Ontsteking" (Tek. E) in. Op
de knop blijven indrukken totdat de waakkaars begint te branden.
-Houd de draaiknop vermogeninstelling ingedrukt gedurende 10-15 seconden
na de ontsteking. Indien de vlam niet blijft branden dan herhaal de procedure.
Tijdens het eerste gebruik van de kachel kan het nodig
zijn dat de draaiknop voor instelling van het vermogen
langer vastgehouden dient te worden om de lucht uit het systeem te
verwijderen.

Publicité

Chapitres

loading