OLIECONTROLE
Controleer het oliespeil steeds vóór het starten of anders
minstensiedere vijf draaiuren. Draai de peilstok eruit en maak
hem schoon, bij een vlak staande motor (machine) moet de
olie altijd tot aan het full merkteken staan. (Fig. 3)
INLOPEN EN OLIEVERVERSEN
Een nieuwe motor is reeds correct afgesteid. Het is ver-stan-
dig een nieuwe motor gedurende de eerste vijf draaiuren
niet vol te belasten. Denk eraan na de eerste vijf
Starten van de motor
MODELLEN ZONDER ELEKTRISCHE START
. Startenvaneenkoudemotor. Zet de gashandel in de volgas-
stand (haas). Druk 3 keer zorgvuldig op de primerstarter
(Fig. 4). Deze is geplaatst op de voorzijde van Quantum-
motoren. Om een warme motor te starten is het gebruik
van de primer-starter meestalniet nodig.
. Tijdens starten en ook tijdens het maaien moet de vei-
ligheidsbeugel in werkstand staan (Fig. 5b).
3. Geef nu een forse ruk aan de starterknop om de motor
tedoen aanslaan. Bijkoud weer kan het noodzakelijk
zijn deze procedure enkele keren te herhalen. Indien
de motordesondanks niet aanslat kan een hernieuwde
poging gedaan worden met de gashandel in de station-
airstand (schildpad).
MODELLEN MET ELEKTRISCHE START, Cobra SE
Bij een nieuwe machine kan het zijn dat eerst de batterij
moet worden opgeladen omdat deze nog niet voldoende
stroom levert in dat geval. Zie onder batterij laden. Machi-
nes met elektrische start zijn daarnaast meestal ook voor-
zien van de standard handstarter.
ELEKTRISCHE START (voor het starten de batterykabels
aansluiten, voorbeeld 3)
Algemene opmerkingen
Met een maaimachine mag nooit over vaste objecten worden
gereden. Controleer altijd eerst of het gazon schoon is van
vreemde voorwerpen zoals b.v. stenen, takken of botten.
Pas ook goed op voor soms deels door het gras moeilijk
waar te nemen obstakels zoals b.v. stalen pijpen (voor
de bekende waslijn) of omhoog liggende tegels. Markeer
deze plekken. Bedien de machine op verant-woorde wijze,
kom nooit met handen of voeten in de buurt van draainde
messen. Laat nooit een machine met draainde motor (en
messer!) onbeheerd staan. Zorg dat kinderen zich niet in
de onmiddelijke nabijheid van een draaiende machine
ophouden. Denk er ook aan dat zelfs indien de motor net is
uitgezet de uitlaat nog altijd heet is. Neem de cantactsleutel
eruit (bij elektrisch gestarte modellen) als de machine niet
gebruikt wordt.
MAAITIPS
Experts zijn het ermee eens dat het beste maairesultaat
wordt bereikt indien niet meer dan éénderde deel ineens
van de graslengte wordt gemaaid. Dit stumuleert de groei
en geeft een sterker engroenergazon.Maaivaak.Twee
maaibeurten
33
draaiuren de olieteverversen (vervangen) en dit daarna
iedere vijfentwintig draaiuren te herhalen.
BENZINE
Gebruik loodvrije 95 oktaan benzine. Zet de motor af vóór-
dat U benzine vult. Vul de tank niet geheel tot aan de rand
maar tot ca. 6 mm. daaronder. Laat de machine tijdens de
winter niet staan met benzine erin. Dit kan in het voorjaar
zorgen voor startproblemen.
Volg bovenstaande startprocedure volgens punt en
en draai dan de contactsleutel rechtsom om te starten
tot demotor aanslaat, laat daarop de sleutel los (Fig. ).
Normale werkstand is gelijk aan volgas, (soms afgebeeld
dooreen haas). Start nooit langer dan 5 sekonden achtereen.
Indien de motor na 3 pogingen nog niet aanslaat kan de
procedure worden herhaald met de gashandel in de positie
"slow" (schildpadafbeering).
BRILLIANT S SELFSTART
Volg de afzonderlijke startinstructie!
STOP
De Brilliant wordt gestopt door het loslaten van de veilig-
hedsbeugel (fig. 5.a, b). Als alleen de aandrijving wilt
uitschakelen terwijl de motor door moet blijven draaien dan
kunt alleen de beugel of de zijde loslaten (fig. 5.a).
Cobra deze machine wordt gestopt door het loslaten van
deveiligheidsbeugel (fig. 5.b). Als u alleen de aan-drijving
wilt uitschakelen terwijl de motor door moet blijven draaien
dan kunt u alleen de veiligheidsbeugel iets laten zakken
totdat de machine stil staat. Als u de aandrijving weer wilt
inschakelen, druk dan de transmissiehandel naar voren
(plaatje 5.a).
per week is een goed germiddelde. Probeer zoveel mogenlijk
te maaien als het gras droog is. Daardoor wordt een betere
grasspreiding verkregen en machines met een grasvanger
hebben dan geen problemen met et hetopvangen van het
gras. Indien het gras door omstandigheden een keer erg
lang is geworden is het raadzaam omeerst een keer in de
hoogste stand en daarna een keer in de gewenste stand
te maaien.
Controleer de maaimesjes regelmatig. Zÿn de mesjes bot
dan wordt het gras ongelÿk gemaaid en de snÿoppervlakte
geel.
VOORDELEN VAN VOORWIELAANDRIJVING
De maaimachine is uitsluitend te manouvreren. Vele hande-
lingen zoals b.v. stoppen, draaien en werken langs bomen
kunnen ook geschieden wanner U door de stuurboom iets
naar beneden te duwen de aangedreven voorwielen net iets
boven de grond laat draaien. In dat gevallen behoeft de
wielaandrijving niet te worden uitgeschakeld. De machine
kan met uitge-schakelde wielaandrijving overigens ook als
duwmaaier worden gebruikt.
Om ongelukken te voorkomen (b.v. per ongeluk starten) is
het ulterst raadzaam de gashandel op stop te zetten en
de bougiekap van de bougie af te nemen vóórdat er aan
de machine wordt gewerkt. Bij het reinigen onderaan, het
vervangen van messen enz. moet de maaier met de bougie
naar boven geplaatst worden.
Geef na elk seizoen uw maaimachine een servicebeurt bÿ uw
gespecialiseerde KLIPPO-servicedealer. Maaimachines met
een katalisator na elke drie jaar of na 00 draaiuren.
Bij onderhoud en service neemt u de ontstekingskabel weg,
u start de machine normaal om de startveer in werking te
brengen en u verwijdert de oranje blokkeersleutel.
Brilliant Selfstart: Bij onderhoud en service neemt u de
ontstekingskabel weg, u start de machine normaal om de
startveer in werking te brengen en u verwijdert e oranje
blokkeersleutel.
ONDERHOUDINSTRUKTIES
Maak de bovenkant en vooral de onderkant van de
maaimachine tijdig schoon en voorkom daarmee "aanko-
eken" van grasresten. Bÿ het werken of schoon-maken aan
de onderkant van de maaimachine, is het verstandig de
maaimachine met de bougie opwaarts te stellen. Controleer
van tijd tot tijd of alle bevestigingsbouten vast zitten en
smeer kabels en assenieder seizoen. Blanke metaaldelen
kunnen met een anticorrosie olie bewerkt worden. Bij
professioneel gebruik wordt een routine-servicebeurt per
vijftig draaiuren aanbevolen.
Gebruik alleen originele reserve delen van KLIPPO.
MAAIMESSYSTEEM
Compact-mes, speciaal mes voor het Pro S Cobra model.
Cobra-mes, speciaal mes voor het Cobra model.
Brilliant-mes, speciaal mes voor het Brilliant model.
MESSENVERVANGEN
Een zware schotelveer drukt het maaimes tegen een
slipschijf. Voor het losdraaien van de mesbout met normale
rechtse draad wordt het gebruik van een 4 mm. ring of
kniesleutel aangeraden. Bij montage de mes-bout stevig
vastdraaien.
Eerst handvast en daarna ter zekerheid d.m.v. een voor-zich-
tige klap met een hamer op de ring/kniesleutel. Het maaimes
fungeert nl. tevens als vliegwiel. Als het maaimes slipt loopt
de motor onregelmatig, is moeilijk te starten en kan zelfs
terugslaan. Om vibratie van de machine te voorkomen is het
noodzakelijk het maaimes altijd goed uitgebalanceerd en op
de correcte wijze te monteren. Zie Fig. 7.
TRILLINGEN
Laat de maaimachine nooit lopen als er sprake is van
ongewone trillingen. Als een maaimesje beschadigd is:
Mesje vervangen.
LUCHTFILTER SERVICEQuantum- en Intek-motoren
(Fig. 8 en 9)
Reinig het luchtfilter iedere drie maanden of iedere vijfent-
wintig draaiuren. Onder zeer stoffige omstandigheden moet
dit nog vaker worden gedaan.
. Schroef losdraaien en deksel wegnemen zoals in de
tekening aangegeven.
. Neem het filterelement er voorzichtig uit.
3. Maak het element schoon door het vorzichtig een vlak
oppervlak te slaan.
4. Monteer het element en de deksel en zet de schroef
goed vast.
Onderhoud
OLIE VERVERSEN elke vijfentwintig draaiuren. Neem de
peilstok uit en plaats de machine in een dusdanige po-
site dat de olie eruit loopt (good opvangen). Dit gaat het
beste als de motor nog warm is en de brandstoftank leeg.
Ock hier gaat dit het best wanner de motor nog warm is.
Nieuwe olie wordt bijgevuld tot aan het merkteken op de
peilstok (Fig. 3).
VERVANGEN EN AFSTELLEN VAN V-SNAREN (Fig. 4)
Cobra, Pro S Cobra
. Demonteer de twee deksels van de aandrijfkast (vier
chroeven). Verwijder vuil uit de aandrijfkast.
. Verwijder het plastic kapje/dekseltje dat buiten op het
vóór-wiel naast de versnellingsbak, is gemonteerd vo-
orzichtig met behulp van een schroevaedraaier. Na het
losdraaien van een inbusbout kan het wiel afgenomen
worden.
3. Nu kan de V-snaar va de poelie afgehaald worden. Vóór-
dat een nieuwe riem gemonteerd wordt moet worden
gecontroleerd of de poelie van de inschakeling van de
aandrijving gemakkelijk op de as draait. Indien dit niet
het geval is moet deze eerst goed gangbaar worden
gemaakt. Doe daarna eerst een beetje vet op de as.
Monteer de nieuwe v-snaar en zorg ervoor dat deze in de
goede positie wordt gemonteerd, ook bij het kogellager
(5033900) waarmee de snarspanning kan worden
bijgesteld.
4. Afstelling: De spanning van de v-snaar kan worden bij-
gesteld door genoemd kogellager iets naar boven of naar
of naar onderen te stellen. Wanneer de maaimachine
een paar uur gedraaid heeft kan de v-snaar iets oprek-
ken waardoor. In dit geval moet de v-snaar opnieuw
worden afgesteld.
5. Laat de machine proefdraaien ter controle van de juiste
werking alvorens de deksels van de aandrijfkast weer
worden gemonteerd.
DE BATTERIJ is een -volt lood-zwavelzuur type waaraan
normaal ge-sproken geen onderhoud nodig is en welke wordt
opge-laden tijdens het begruik van de maaimachine. Echter,
wanneer de motor na herhaalde startpogingen niet aanslaat
kan het gebeuren dat de accu leeg raakt en de machine met
de hand gestart moet worden middels de repeteerstarstarter.
Een ontladen accu kan worden opgeladen met behulp van
de acculader welke bij de machine wordt mee-geleverd.
NB. Het is aanbevelingswaardig de accu gedurende het
maaiseizoen ÈÈn of wee keer op te laden en zeker ook
voordat de machine voor de winter wordt weggezet.
OPLADEN VAN DE BATTERIJ (ACCU)
. Maak de kabelverbinding los van de kabel bij de accu.
. Sluit de kabel van de acculader op de kabel van de kabel
de accu aan en sluit de lader aan op 0 V lichtnet.
(wandcontactdoos) (Fig. 3).
3. Het volledig opladen van een lege accu kan ongeveer 4
uur duren. Koppel daarna de acculader weer af en sluit
de kabelverbinding tussen accu en motor weer aan.
NB. G a géén accu opladen bij een temperatuur lager dan
5 graden Celsius.
NB. Gooi een gebruikte (defecte) accu nooit bij het huisvuil
maar lever hem in bij Uw ser-vicedealer.
34