Werken met de benzinemotor-zeis
- Wanneer dit de eerste keer is dat u werkt met
een benzinemotor-zeis, zorg dan eerst dat u op
de hoogte bent van de bediening hiervan en
het hanteren van het apparaat zonder draaiende
motor.
De benzinemotor-zeis is zo geconstrueerd dat
de gebruiker deze aan zijn rechterzijde van het
lichaam houdt.
- Houd de benzinemotor-zeis steeds met beide
handen aan de handgrepen vast.
- Houd met uw rechterhand de handgreep voor
de bediening en met uw linkerhand de
handgreep van de greepbuis vast.
- Onthoud dat de snij-inrichting telkens nog
enkele seconden doordraait nadat u de gashendel
heeft losgelaten.
- Zorg ervoor dat de motor steeds rustig stationair
draait, om er zeker van te zijn dat de snij-
inrichting niet draait zolang de gashendel niet
wordt bediend.
- Werk altijd op hoog toerental voor het beste
scheerresultaat.
- Wanneer u tijdens het werken met het apparaat
tegen een steen of boom stoot, zet dan de
motor uit en controleer de benzinemotor-zeis
op beschadigingen.
LET OP: Bij het werken in een moeilijk terrein
en tegen hellingen ervoor zorgen dat u steeds
onder de kop van de zeis staat.
Draag altijd een veiligheidsbril en
gehoorbescherming, terwijl bij
snoeiwerkzaamheden in plantsoenen ook het
dragen van een veiligheidshelm verplicht is.
Maaien met draadsnijkop
42
- Gebruik de kunststofdraad-cassette voor een
strak resultaat, ook bij ongelijke randen, palen
van hekwerken en rondom bomen.
- Breng de snijdraad voorzichtig in de richting
van het hindernis en snij met het uiteinde van
de draad om het hindernis heen. Wanneer de
snijdraad stenen, bomen en muren raakt, slijt
deze voortijdig of breekt zelfs.
- Maak de benzinemotor-zeis een horizontale
beweging van rechts naar links en vice versa,
zoals u ook zou doen met een normale zeis. U
bepaalt de snijhoogte, door de hoogte van het
apparaat t.o.v. de grond te variëren.
- Vervang de kunststof draad nooit door een
metalen draad. RISICO OP PERSOONLIJK LETSEL
Maaien met struikgewasmes
- Gebruik het struikgewasmes om voor het
snoeien van struikgewas, wilde begroeiing, zeer
kleine bomen (met een stamdiameter van max.
2 cm) en hoog gras.
- Bij het gebruik van metalen snijgereedschappen
dient u rekening te houden met het gevaar
op terugslag als het gereedschap op een
vast voorwerp (stenen, bomen, takken, etc.)
terechtkomt. Het apparaat wordt dan tegen de
draairichting in teruggeworpen.
- Bij wilde begroeiing en struikgewas het
struikgewasmes van bovenaf naar beneden
voeren. Op deze wijze wordt het materiaal
gehakseld.
LET OP: Ga bij het verrichten van deze
werkzaamheden uiterst voorzichtig te
werk, want hoe groter de afstand van het
snijgereedschap tot de bodem is, hoe groter
het gevaar dat snijgoed en deeltjes worden
weggeslingerd.
- Bij het uitdunnen van jonge boomaanwas en
het snijden van gras dient het apparaat als een