NEDERLANDS
De machine op de werkconfi guratie instellen en gebruiken
WAARSCHUWING!
Voordat u de machine in de werkconfi guratie zet, moet u op het display (32, Afb. E) controleren of er geen
alarmmeldingen worden gegeven en of er geen onderhoudsintervallen zijn overschreden (zie het deel Functies
van het display).
Ga voor het opstellen van de machine in de werkconfi guratie als volgt te werk:
1.
Haal de derde borstel los door de haak van de ketting (6, Afb. U) los te halen uit de verplaatsingspositie (1) op de arm van de
derde borstel (2) en het kraantje (3) te openen door de hendel 90° te draaien [de hendel zelf moet parallel aan de hefcilinder
(4) staan].
2.
Bevestig de haak in de opening (7, Afb. U) van de onderarm van de derde borstel (5).
WAARSCHUWING!
Blokkeer na de werkcyclus en tijdens de bewegingsfase de arm van de derde borstel door de haak in de
oorspronkelijke verplaatsingspositie (1) te bevestigen en het kraantje (3) te sluiten.
3.
Verwijder de beveiligingsspil (1, Afb. V) van de arm van de borstels (2) door de splitpen (3) te verwijderen zodat de arm
omlaag kan worden gezet. Voer de procedure voor de arm rechts en links uit.
WAARSCHUWING!
Na de werkcyclus en tijdens de verplaatsingsfase moet u de beveiligingsspil (1, Afb. V) in beide armen van de
borstel steken.
4.
Wanneer de hoek van de borstel moet worden vergroot of verkleind, draait u de trekstang (4, Afb. V) zo veel als nodig losser of
vaster.
5.
Start de dieselmotor zoals werd beschreven in de specifi eke paragraaf.
6.
Kies de langzame rijsnelheid tijdens het verplaatsen door op het bovenste deel van de schakelaar (21, Afb. E) te drukken.
WAARSCHUWING!
U kunt deze rijsnelheid alleen veranderen in de volgende gevallen: de rijhendel (11, Afb. D) staat in de middelste
stand (neutraal), het rempedaal (4, Afb. D) is ingedrukt en de machine staat stil.
7.
Zet de gashendel (2, Afb. D) in de stand voor stationair toerental.
8.
Zet de potentiometer (12, Afb. E) in de stand voor stationair toerental door deze linksom tot aan de aanslag te zetten.
9.
Controleer of de afvalcontainer (2, Afb. G) omlaag staat en of het betreffende controlelampje (8, Afb. E) uit is.
10.
Controleer het niveau en, indien nodig, vul het water bij in de tanks van de stofneerslaginstallatie terwijl u de betekenis van de
symbolen verifi eert (12, Afb. H):
•
hoofdtank en secundaire tank vol
•
hoofdtank leeg en secundaire tank vol
•
hoofdtank en secundaire tank leeg. In deze toestand, stoppen de stofneerslaginstallatie en de hogedruk-
reinigingsinstallatie na ongeveer 5 seconden met werken.
!
•
defect in het detectie- of weergavesysteem van het waterniveau voor de tanks van de stofneerslaginstallatie. Neem
contact op met een Nilfi sk Servicecentrum.
WAARSCHUWING!
Een beveiligingssysteem zorgt dat de waterpomp niet wordt ingeschakeld als het niveau in de watertanks langer
dan 10 seconden laag blijft.
11.
Schakel het hydraulische systeem in door op het onderste deel van de schakelaar (31, Afb. E) te drukken.
LET OP!
Als het hydraulische systeem wordt ingeschakeld en u op de schakelaar (31, Afb. E) drukt, gaat het
motortoerental van de dieselmotor automatisch naar 1.100 omw/min.
Let vooral op het stuur omdat de machine accelereert.
12.
Als u de potentiometer (12, Afb. E) rechtsom draait, kunt u het toerental van de dieselmotor instellen op maximaal 1.850 omw/
min.
WAARSCHUWING!
Als het toerental tijdens het werk per ongeluk hoger dan 1.950 omw/min wordt, dan stopt een veiligheidssysteem
de hydraulische functies en het toerental (1, Afb. H) knippert om de storing aan te geven.
24
GEBRUIKSAANWIJZING
33019476(3)2010-02 A
RS 2200