• Haal het lasapparaat uit de doos.
Controleer op het plaatje de technische
gegevens
alvorens
aansluiting verricht en verzeker u ervan de
spanning en frequentie met de gegevens
van het lichtnet overeenstemmen.
AARDEN
- Ter bescherming van de gebruikers
moet het lasapparaat geaard worden
(INTERNATIONALE VEILIGHEIDSNORMEN)
- Zorg voor een correcte aarding aan de
hand van de geel-groene draad van de
voedingskabel om ontladingen wegens
de accidentele aanraking met geaarde
voorwerpen te vermijden.
- De behuizing van het apparaat is
geleidend en is elektrisch met de aarddraad
verbonden. Niet-geaarde apparatuur kan
voor de gebruiker gevaarlijke elektrische
schokken veroorzaken.
• Sluit de generator aan op het lichtnet. Installeer
in het geval van modellen zonder stekker een
standaard stekker (2P+A) met een passend
vermogen en zorg voor een stopcontact met
zekeringen of een automatische schakelaar.
De aardinstallatie moet op de aarddraad (geel-
groen) van het lichtnet zijn aangesloten.
Sluit de inverter niet aan op verlengsnoeren
die meer dan 10 m lang zijn of een diameter
van minder dan 2.5mm² hebben. Leg de
snoeren goed neer en zorg ervoor dat ze
niet opgerold zijn of in de knoop liggen.
Gebruik de inverter niet met gedeeltelijk
of helemaal gedemonteerde panelen om
de accidentele aanraking met de interne
onderdelen onder spanning te vermijden.
• Nu kunt u de inverter gebruiken. Verzeker u
ervan dat u last in een voldoende geventileerde
ruimte en dat de luchtinlaten van de machine niet
worden afgesloten (door een slechte ventilatie
kan het rendement van de machine afnemen
en kan schade worden veroorzaakt). Kies nu
het gewenste lasproces door de accessoires,
aangegeven op de volgende pagina's, aan te
sluiten.
u
de
elektrische
5.0 FUNCTIES EN AANSLUITINGEN
VAN DE INVERTER
1 Lasstroom potentiometer
2 Schakelaar Stick / Tig (uitsluitend voor
bepaalde modellen)
3 Groene led netwerk
Led ON = generator aan
Led OFF = generator uit
4 Gele led
Led ON = alarm overtemperatuur.
Let op: Laat de groep afkoelen. De groep is
gereed als de led automatisch uit gaat.
5 positief stopcontact
6 negatief stopcontact
7 Voedingskabel (achterkant)
8 Schakelaar ON/OFF (achterkant)
1
3
2
5
4
6
7
65