GEBRUIKSAANWIJZING
REINIGING VAN HET FILTER VAN HET
REINIGINGSMIDDEL
1.
Zet de machine op een vlakke ondergrond.
2.
Draai de contactsleutel (12, Afb. B) in stand '0'.
3.
Ga onder de machine en sluit achter het achterwiel
rechts het kraantje (5, Afb. E) van de
schoonmaakoplossing of het spoelwater af. Het kraantje
(5, Afb. E) is gesloten als hij in de stand (6) ten opzichte
van de slangen staat; hij is geopend als in de stand (7)
staat.
4.
Ga onder de machine en draai voor het achterwiel rechts
de transparante afdekking (1, Afb. E) los en verwijder het
filterrooster (2). Reinig ze en plaats ze terug in de steun
(3).
OPMERKING
Plaats het filter (2, Afb. E) op de juiste manier
terug in de zitting (4) van de steun (3).
5.
Draai het kraantje (5, Afb. E) weer open.
ACCU'S OPLADEN
OPMERKING
Laad de accu's op als het gele of rode lampje
(7b of 7c, Afb. B) brandt en altijd na de
werkzaamheden.
WAARSCHUWING!
Houd de accu's altijd opgeladen, omdat de
levensduur van de accu's dan langer is.
WAARSCHUWING!
Als de accu's leeg zijn, zorg dan dat ze dat niet
te lang blijven, omdat de levensduur van de
accu anders minder wordt.
Controleer minstens een keer per week of de
accu's zijn opgeladen.
WAARSCHUWING!
Gebruik een acculader die geschikt is voor het
type accu dat is gemonteerd.
LET OP!
Tijdens het opladen van de accu's komt het
zeer explosieve waterstofgas vrij. Laad de
accu alleen op in een goed geventileerde
ruimte en ver van open vuur.
Tijdens het opladen van de accu's mag er niet
gerookt worden.
Houd de reservoirs geopend als de accu's
worden opgeladen.
LET OP!
Let tijdens het opladen van de accu's goed op
dat er geen vloeistof uit de accu's loopt. Deze
vloeistof is corrosief. Deze vloeistof is een
bijtende stof. Als de vloeistof in contact komt
met de huid of de ogen, spoel dan overvloedig
uit met water en raadpleeg een arts.
18
Accu's met externe acculader opladen
1.
Zet de machine op een vlakke ondergrond.
2.
Breng de afdekkingen (1 en 13, Afb. I) omhoog en
controleer of de reservoirs (15 en 16) leeg zijn. Leeg ze
anders met de uitlaatslang (10, Afb. C) en het kraantje
(24).
3.
Sluit de afdekkingen (1 en 13, Afb. I).
4.
Breng de reservoireenheid (1, Afb. J) voorzichtig
omhoog.
5.
Alleen voor WET-accu's:
– Controleer het peil van de elektrolyt in de accu's (2,
Afb. J). Vul het peil eventueel bij via de doppen (5,
Afb. J).
– Laat alle doppen (5, Afb. J) open als u de accu's
daarna oplaadt.
– Reinig indien nodig de bovenkant van de accu's.
6.
Controleer of de externe acculader geschikt is aan de
hand van de instructies op het apparaat. De nominale
spanning van de acculader is gelijk aan 24V.
7.
Ontkoppel de stekker (4, Afb. J) van de accu's en sluit
die op de externe acculader aan.
8.
Sluit de acculader aan op het stroomnet.
9.
Ontkoppel de acculader na het opladen van het
stroomnet en van de stekker (4, Afb. J) van de accu's.
10. (alleen voor accu's met lood) Controleer of het niveau
van de elektrolyt in de accu correct is en sluit alle doppen
(5, Afb. J).
11. Sluit de stekker (4, Afb. J) van de accu's weer aan op de
aansluiting op de machine.
12. Sluit de reservoireenheid (1, Afb. J) voorzichtig.
13. Nadat de reservoirs (15 en 16, Afb. I) zijn gevuld , is de
machine klaar voor gebruik.
Accu's met geïntegreerde acculader (optioneel)
opladen op de machine
1.
Zet de machine op een vlakke ondergrond.
2.
Alleen voor WET-accu's:
– Breng de afdekkingen (1 en 13, Afb. I) omhoog en
controleer of de reservoirs (15 en 16) leeg zijn. Leeg
ze anders met de uitlaatslang (10, Afb. C) en het
kraantje (24).
– Sluit de afdekkingen (1 en 13, Afb. I).
– Breng de reservoireenheid (1, Afb. J) voorzichtig
omhoog.
– Controleer het peil van de elektrolyt in de accu's (2,
Afb. J). Vul het peil eventueel bij via de doppen (5,
Afb. J).
– Sluit na het bijvullen van het niveau de doppen (5,
Afb. J) en reinig (indien nodig) de bovenkant van de
accu's.
3.
Sluit de kabel (8, Afb. C) van de acculader opnieuw aan
op het stroomnet (het voltage en de frequentie van het
net moeten overeenkomen met de waarden van de
acculader, zie het plaatje op de machine).
OPMERKING
Als de acculader op het stroomnet is
aangesloten, worden alle functies van de
machine automatisch uitgeschakeld.
Het rode lampje (7, Afb. H) brandt op het
bedieningspaneel van de acculader om aan te geven dat
de acculader de accu's oplaadt.
909 6160 000(2)2006-10 A