Onderhoud en reiniging
Let op! - Gevaar voor letsel!
▪ Voor onderhouds- en reinigingswerkzaamheden
altijd de eerst de motor uitschakelen en de
bougiedop eruit trekken.
▪ Motor kan nalopen. Na het uitschakelen
controleren of de motor stilstaat.
▪ Bij onderhouds- en reinigingswerkzaamheden
aan het mes altijd werkhandschoenen dragen!
Grasopvangvoorziening regelmatig controleren op
goede werking en slijtage
Het apparaat na ieder gebruik reinigen
Apparaat niet met water schoonspuiten. Indringend
water kan tot storingen leiden (ontstekingssysteem,
carburateur)
Mes regelmatig controleren op beschadigingen
Defecte geluidsdempers altijd vervangen
Grasmaaier kantelen
Afhankelijk van de motorproducent moet:
de carburateur / het luchtfi lter naar boven wijzen
(
18)
de bougie naar boven wijzen (
Bedieningshandleiding van de motorproducent in
acht nemen!
Mes bijslijpen / vervangen
Stomp of beschadigd mes enkel bij een servicepunt
of een geautoriseerd vakbedrijf laten slijpen /
vervangen
Bijgeslepen messen moeten uitgebalanceerd zijn
Let op!
Niet uitgebalanceerde messen veroorzaken
sterke trillingen en beschadigen de grasmaaier.
470 591_g
In de volgende gevallen is er altijd een inspectie
Startaccu opladen (optie)
Aanwijzingen van de motorproducent in acht
Motoronderhoud
Motorolie verversen
1. Een geschikte bak klaarzetten om de olie op te
19)
2. Olie via de olievulopening volledig laten uitstromen
Luchtfi lter vervangen
Aanwijzingen van de motorproducent in acht
Bougie vervangen
Aanwijzingen van de motorproducent in acht
door een vakman nodig:
als het tegen een obstakel gereden is
als de motor plotseling stilvalt
bij drijfwerkschade
als de V-snaar defect is
als een mes verbogen is
als de motoras is verbogen
nemen.
Let op!
Enkel de meegeleverde originele lader gebruiken.
▪ Startaccu enkel in droge, goed geventileerde
ruimtes laden.
▪ Grasmaaier tijdens het laden niet aanzetten.
vangen.
of afzuigen.
De afgewerkte motorolie op een milieuvriendelijke
manier afvoeren!
Wij adviseren u om de afgewerkte olie
in een gesloten tankje af te geven bij het
recyclingcentrum of bij een klantenservice locatie.
Afgewerkte olie moet u
▪ niet bij het afval voegen
▪ niet in de riolering of afvoer gieten
▪ niet op de grond uitgieten
nemen.
nemen.
NL
36