3.6
Banden wisselen
L L L L
VOORZICHTIG:
Laat voor demontage van de velgen altijd eerst de lucht uit de
band!
L L L L
VOORZICHTIG:
Kans op schade – Bij verkeerd gebruik kan de velg worden
beschadigd.
Een correcte montage kan alleen worden gegarandeerd in de vakhandel. Bij
werkzaamheden die niet zijn uitgevoerd door de vakhandel, vervalt de garantie.
Gebruik voor het oppompen uitsluitend geschikte pompen met een afleesschaal in bar. Op
pompen en wielen die niet door de fabrikant zijn geleverd, geven wij geen garantie.
L L L L
WAARSCHUWING:
L L L L
VOORZICHTIG:
Gevaar voor letsel – Let erop dat bij de montage geen
voorwerpen of lichaamsdelen tussen de band en de velgrand gekneld raken.
•
Stuurwielen (Voorwielen)
Verwijder de band van de velg:
1. Laat alle lucht uit de binnenband.
2. Schuif een bandenlichter tussen de buitenband en de velg.
3. Duw de bandenlichter langzaam en voorzichtig naar beneden.
buitenband over de velgrand getrokken.
4. Beweeg de bandenlichter langs de rand van de velg, de buitenband springt uit de velg.
5. Neem de buitenband en binnenband nu voorzichtig van de velg weg.
Voor U een nieuwe band monteert, dient U rekening te houden met het volgende:
Controleer het velgbed en de binnenkant van de band op vreemde voorwerpen en reinig
indien nodig. Controleer de toestand van het velgbed, vooral in de buurt van de
ventielopening. Gebruik alleen originele wisselstukken. De garantie geldt niet voor schade
die wordt veroorzaakt door niet originele wisselstukken. Neem contact op met de
vakhandelaar.
Montage van de band rond de velg:
Leg de binnenband zonder lucht rond de velg. Let erop dat het ventiel
door de ventielopening van de velg steekt.
Neem de buitenband en druk deze beginnend achter het ventiel over de
velgrand. Pomp de binnenband lichtjes op tot hij een ronde vorm
aanneemt en leg deze in de band.
Wanneer de binnenband rondom zonder plooien in de buitenband ligt (als
er plooien zijn: een beetje lucht aflaten), dan monteert U de bovenkant
van de band te beginnen tegenover het ventiel voorzichtig met beide
handen op het ventiel.
Controleer rondom en aan beide zijden of de binnenband niet tussen de bandhiel en velg is
geklemd. Schuif het ventiel lichtjes terug en trek het weer uit zodat de band goed is
gepositioneerd in de buurt van het ventiel.
Om de band correct op te pompen pompt U eerst lucht tot de band nog goed met de duim
kan worden ingedrukt. Wanneer de controlelijn aan weerszijden van de band dezelfde
afstand tot de velgrand aangeeft, is de band correct gecentreerd. Wanneer dit niet het geval
is, dient U de lucht weer af te laten en de band opnieuw uit te lijnen. Pomp de band nu op tot
de maximale bedrijfsdruk (let op de vuldruk!) en draai de kap op het ventiel.
Gevaar voor letsel – Controleer dat de vuldruk correct is.
Pagina 26
Express V
2013-06
Daardoor wordt de