• Controleer de programmering nadat u de magne-
tron hebt gestart.
• Verwijder onder geen beding de behuizing van
de magnetron.
• Giet nooit vloeistof in de ventilatieopeningen of
de veiligheidsdeurvergrendelingen. Mocht er
toch vloeistof in de magnetron komen, schakel de
magnetron dan meteen uit en haal de netstekker
uit het stopcontact. Laat de magnetron nakijken
door deskundig personeel.
• Steek geen voorwerpen in de ventilatieopeningen
of de veiligheidsdeurvergrendelingen.
• Laat de lamp in de magnetron uitsluitend vervangen
door deskundig personeel.
• Wees voorzichtig bij het verwarmen van vloei-
stoffen. Gebruik alleen open vloeistofhouders,
zodat luchtbelletjes die zich vormen, kunnen
ontsnappen.
• Voorkom plotseling koken:
- roer de vloeistof door voordat u deze verwarmt.
- Indien mogelijk zet u een glazen staaf in de
vloeistof, zo lang deze wordt verhit.
- Laat de vloeistof na het verwarmen 20 seconden
in de magnetron staan, om onverwacht op-
borrelen te voorkomen.
• Prik op een paar plaatsen in de schil van aard-
appelen, worstjes, of dergelijke. Anders kunnen
zij openbarsten.
• Houd kinderen uit de buurt van de deur van de
magnetron zolang deze in bedrijf is.
Verbrandingsgevaar!
• Raak nooit de deur of behuizing van de magnetron,
de ventilatieopeningen, accessoire-onderdelen
of het eetgerei aan, direct na de grill-, combi- of
automaatmenuprocedure. De onderdelen worden
zeer heet. Laat de onderdelen afkoelen voordat
u ze schoonmaakt.
• Leun niet op de deur van de magnetron.
Gebruik de magnetron niet als speelgoed.
• Verander de magnetron niet.
• Beweeg de magnetron niet terwijl die in bedrijf is.
• Overschrijd nooit de door de fabrikant aangegeven
garingstijden.
• Gebruik geen metalen voorwerpen die microgolven
reflecteren en vonken kunnen veroorzaken.
Plaats geen blikjes in de magnetron.
• Gebruik de magnetron alleen, als het draaiplateau
ingezet is.
• Zet geen voorwerpen op de magnetron, terwijl
deze in bedrijf is.
• Plaats geen plasticvoorwerpen direct na een
grill-, combi- of automaatmenuprocedure in de
magnetron. Het plastic kan smelten.
• Op de deur of de behuizing van de magnetron
kunnen waterdruppels worden gevormd. Dit is
normaal en duidt niet op een storing van de
magnetron.
• Let erop, dat de netstekker altijd goed te bereiken is,
zodat u deze in geval van nood snel van het
stroomnet kunt scheiden.
• Plaats de magnetron niet in de buurt van andere
apparaten die warmte afgeven, zoals een oven.
• Reinig de magnetron na gebruik grondig van vette
etensresten, vooral als die niet waren afgedekt.
Laat het apparaat volledig afkoelen voordat u
het schoonmaakt. Op de verwarmingselementen
van de grill mogen zich geen resten, bijvoorbeeld
vet, bevinden. Deze kunnen oververhit raken en
in brand vliegen.
• Ontdooi geen bevroren vet of olie in de magnetron.
Het vet of de olie kan in brand vliegen.
• Personen die een pacemaker dragen, dienen
voor ingebruikname van de magnetron bij hun
huisarts te informeren naar mogelijke risico's.
Nooit het apparaat, het netsnoer of de netstekker
onderdompelen in water of andere vloeistoffen.
- 37 -