Explosie- en brandgevaar!
3 Gebruik de lader niet voor het opladen van
droge of niet heroplaadbare accu's.
3 Zorg ervoor dat explosieve of brand-
bare stoffen bijv. benzine of oplosmiddelen
bij het gebruik van de lader niet kunnen
worden ontstoken!
3 De laadaansluitkabel mag geen contact tot
een brandstofleiding ( bijv. benzineleiding)
hebben.
3 Zorg tijdens het laden voor voldoende
ventilatie.
3 Plaats de uitgebouwde accu tijdens het
laden op een goed geventileerd oppervlak.
3 Gebruik de lader niet voor het op-
laden en onderhoudsladen van een bescha-
digde of bevroren accu!
3 Zorg ervoor dat de netstroomaansluiting van de
netstroom is uitgerust volgens de voorschriften,
met 230 V ~ 50 Hz, nulgeleider, een 16 A zeke-
ring en een foutstroombeveiligingsschakelaar!
3 Stel de lader niet bloot aan de nabijheid van
vuur, hitte en langdurende temperatuur-
inwerking boven 50 °C!
3 Dek de lader tijdens de werking niet af!
3 Bescherm de elektrische contactvlakken
van de accu tegen kortsluiting!
12.2011 | C3 | Accular
3 Gebruik de lader niet op of direct aan de accu!
3 Plaats de lader zo ver van de accu verwijderd
als de laadkabel toelaat.
Gevaar voor brandwonden!
3 Draag een veiligheidsbril! Draag veiligheids-
handschoenen! Wanneer ogen of huid met
het accuzuur in contact gekomen zijn, spoel dan
het betreffende lichaamsgedeelte onmiddellijk
af met veel stromend, helder water en consul-
teer onmiddellijk een arts!
Gevaar voor elektrische schokken!
3 Demonteer de lader in geen geval. Een niet
correct gemonteerde lader kan leiden tot
levensgevaar door elektrische schok.
3 Voer de montage, het onderhoud en de
verzorging van de acculader alleen vrij van
netstroom uit!
3 Pak de pool-aansluitklem (–) en (+) uitsluitend
vast aan het geïsoleerde gedeelte!
35 | nederlans
Automotive Aftermarket