3. klem de schroef (afb. 17.B) stevig
vast in de moer (afb. 17.D).
b. enkel voor modellen met
opvang achteraan
Om de positie te veranderen:
1. draai de moer (afb.18.B) los en
verwijder de pin (afb.18.C).
2. herplaats het wieltje (afb. 18.A)
op de gewenste positie
3. hermonteer de pin (afb.18.C), en let erop
dat de kop van de pin (afb.18.C) naar de
binnenkant van de machine gericht is
4. draai de moer stevig vast (afb.18.B).
7.5 REINIGING
Reinig de machine na ieder gebruik
volgens de volgende aanwijzingen.
7.5.1 Reiniging van de machine
• Reinig de buitenkant van de machine door met
een vochtige spons en schoonmaakmiddel
over de delen in kunststof van de machine te
gaan. Let er op dat de motor, de elektrische
onderdelen en de elektronische kaart
onder het dashboard niet nat worden.
• Om brandgevaar zoveel mogelijk te beperken
dienen de motor, de geluiddemper van
de uitlaat en de accubak vrij gehouden te
worden van gras, bladeren of teveel vet.
BELANGRIJK Gebruik in geen geval
hogedrukreinigers of bijtende middelen voor
het reinigen van de carrosserie en de motor!
7.5.2 Reiniging van het uitwerpkanaal
(enkel voor modellen met
opvang achteraan)
Als de uitwerpkanaal verstopt
is, als volgt te werk gaan:
1. de opvangzak of de achterste
aflaatbeveiliging verwijderen ;
2. het opgehoopte gras bij de uitmonding
van het uitwerpkanaal verwijderen .
7.5.3 Reiniging van de zak (enkel voor
modellen met opvang achteraan)
1. De opvangzak ledigen
2. De zak schudden om hem schoon te
maken van grasresten en aarde.
3. De zak opnieuw monteren en de
binnenkant van de snijgroep reinigen (par.
7.4.4-a); vervolgens moet men de zak
verwijderen, ledigen, spoelen en zodanig
ophangen dat hij snel kan drogen.
7.5.4 Reiniging van de snijgroep
Maak de snijgroep zorgvuldig schoon om
alle grasresten en afval te verwijderen.
Verwijder tijdens het schoonmaken
van de snijgroep mensen en dieren
uit het omliggende gebied.
a. Reiniging van de binnenkant
Het reinigen van de binnenkant van de snijgroep
en het uitwerpkanaal dient, onder de volgende
condities, op een harde ondergrond te gebeuren:
– wanneer de opvangzak of de achterste
aflaatbescherming gemonteerd zijn (enkel
voor modellen met opvang achteraan);
– zijdelingse aflaatdeflector gemonteerd
(enkel voor modellen met zijdelingse aflaat)
– de gebruiker zit op de machine;
– zet de snijgroep in stand «1»;
– de motor draait
– de koppeling staat in de vrije stand
– de snij-inrichtingen zijn ingeschakeld
• Sluit een waterslang eerst op de ene
speciale fitting (afb. 29.A; afb. 30.A) aan
en daarna op de andere en laat voor
enkele minuten in elke fitting water lopen
terwijl de snij-inrichtingen draaien.
BELANGRIJK Om de goede werking
van de elektromagnetische koppeling
niet te compromitteren, dient men:
- te vermijden dat de koppeling in
aanraking komt met olie;
- geen hogedruk-waterstralen direct op
de groep van de koppeling richten;
- de koppeling nooit met benzine te reinigen.
b. Reiniging van de buitenkant
Op de bovenkant van de snijgroep
mogen zich geen afval en droge grasresten
ophopen om de doeltreffendheid
en de veiligheid van de machine op
maximaal niveau te houden.
Voor de reiniging van de bovenkant
van de snijgroep:
• de snijgroep helemaal omlaag
zetten (stand «1»);
• met een straal perslucht door de
openingen van de beschermingen rechts
en links blazen (afb. 29; afb. 30).
NL - 19