De sluitertijd/lensopening handmatig
instellen
Sluitertijd
Pas de sluitertijd aan bij het opnemen van snel
bewegende objecten.
Lensopening
Pas de lensopening aan als het scherm te helder
of te donker is.
≥Zet de camera op Opname op tape/Opname
op kaart.
1
Schuif de schakelaar [AUTO/MANUAL/
FOCUS] op [MANUAL].
2
Druk op de onderste helft van de
navigatieknop totdat het aanduiding voor
de sluitertijd of de waarde voor de
lensopening verschijnt.
1)
MNL
1/1000
1) Sluitertijd
2) (Lensopening) Diafragma/gain-waarde
3
Druk links of rechts op de navigatieknop om
de sluitertijd of lensopening te wijzigen.
ª
Terugkeren naar automatische
instelling
Schuif de schakelaar [AUTO/MANUAL/FOCUS]
op [AUTO].
De sluitertijd handmatig instellen
≥Vermijd opnamen bij TL-verlichting, kwik- of
natriumlicht omdat deze de kleuren en
helderheid van de opname kunnen
beefnvloeden.
≥Bij handmatige instelling van de sluitertijd neemt
de gevoeligheid af waardoor de gain-waarde
automatisch stijgt en extra ruis kan optreden.
≥Tijdens het afspelen van beeldmateriaal waarbij
het object zeer helder is of veel licht weerkaatst,
kunnen verticale strepen optreden. Dit is echter
geen defect.
≥Tijdens het normaal afspelen kunnen de
bewegende beelden schokkerig zijn.
Opnemen
AUTO MANUAL
FOCUS
MNL
1/50
OPEN
OdB
2)
MNL
1/50
F2.0
0dB
≥Bij opnamen in een bijzonder lichte omgeving
kan de kleur van het scherm veranderen of kan
het scherm gaan flikkeren. In dat geval dient u
de sluitertijd handmatig in te stellen op 1/50 of 1/
100.
Diafragma/gain handmatig instellen
≥Zolang de waarde niet "OPEN" wordt, kan de
gain- waarde niet worden gewijzigd.
≥Als de gain- waarde stijgt , neemt de ruis op het
scherm ook toe.
≥Al naar gelang de zoom, kan het diafragma niet
worden weergegeven.
ª
Sluitertijdbereik
1/50–1/8000 seconden: Opname op tape
1/50–1/500 seconden: Opname op
geheugenkaart
Hoe dichter bij 1/8000 , des te sneller de
sluitertijd.
ª
Bereik diafragma/gain-waarde
CLOSE (gesloten), F16, ..., F2.0,
OPEN (geopend) 0dB, ..., 18dB
Waarden dichter bij [CLOSE] resulteren in een
donkerder beeld.
Waarden dichter bij [18dB] resulteren in een
lichter beeld.
dB-waarden zijn gain-waarden.
209
LSQT0889