Installatie - Mechanische Onderdelen (Awd-Configuratie); Mover Engagement/Disengagement - Carbest Cara-Move Manuel D'utilisation

Installatie - Haaiklemsysteem
Plaats de knelbout (Fig.12.B) en zet hem vast met een aanhaalmoment van 25 Nm, waarbij u erop let
dat de borgmoer in de hoogste stand staat. Zodra de bout stevig zit, draait u de borgmoer vast. Draai
ten slotte de scharnierbout (Fig.12.C) vast met een aanhaalmoment van 12 Nm.
De belangrijkste mechanische onderdelen zijn nu geïnstalleerd.

Installatie - Mechanische onderdelen (AWD-configuratie)

Om een All Wheel Drive configuratie op uw caravan te installeren, volgt u dezelfde instructies als
beschreven in de vorige hoofdstukken 'Installatie - Mechanische onderdelen'.DeAWD-configuratievolgt
precies dezelfde procedure, met als enig verschil de oriëntatie van de movers. In een AWD
configuratie moeten de movers die de achteras van het voertuig aandrijven, naar de voorkant van de
trailer gericht zijn (zie Fig.8). Volg het hoofdstuk AWD-configuratie van de elektrische/elektronische
installatiehandleiding nauwkeurig op om te garanderen dat deze motorassemblages werken zoals
bedoeld en niet tegen elkaar in werken.
Raadpleeg de bij de elektronica geleverde handleiding voor de installatie van de bedrading, de
bedieningsinstructies en het oplossen van problemen.

Mover Engagement/Disengagement

Bij de Cara-Move gebeurt de inschakeling manueel. Om uw motoren in te schakelen, plaatst u het
inschakelgereedschap (6) op de motoras (Fig.2.G) parallel aan de grond op een positie die van het
betreffende wiel af wijst. Om de motor in te schakelen draait u het inschakelgereedschap 180° in de
richting van het wiel in kwestie (Fig.3). Als de dwarsbedieningsstangen correct zijn gemonteerd, zal
het proces van het inschakelen van de ene mover vervolgens ook de tegenoverliggende zijde van het
voertuig inschakelen.
Het inschakelmechanisme maakt gebruik van een eenvoudige overcenter nok die de rollen op de
banden duwt en vervolgens automatisch vergrendelt. Als de mover correct is geïnstalleerd, op precies
20 mm afstand van de banden in ontkoppelde toestand, zal de hoeveelheid kracht die door de rol op
de band wordt uitgeoefend in de meeste gebruiksomstandigheden voldoende zijn (Fig.5).
Opmerking: Ongeacht van welke kant van het voertuig u de koppeling bedient, het werktuig moet altijd
naar het wiel toe draaien om te koppelen, en van het wiel af draaien om te ontkoppelen.
Om de rollen te ontkoppelen, plaatst u het gereedschap weer op een van de assen en draait u het van
de band af. Houd er rekening mee dat u aanvankelijk een kleine weerstand voelt wanneer u de nok uit
zijn vergrendelde positie losmaakt; de veer doet dan de rest van het werk en trekt de rol weg van de
band en in de volledig ontkoppelde positie (Fig.4).
178
NL