• Sluit batterijen nooit kort.
• Stel batterijen nooit bloot aan overmatige warmte zoals
direct zonlicht, vuur, etc.
• Demonteer of vervorm de batterijen niet;
U kunt gewond raken aan handen of vingers of batterij-
vloeistof kan in contact komen met ogen of huid. Als dit
toch gebeurt, spoelt u de plekken overvloedig met schoon
water en neem u meteen contact op met de huisarts.
• vermijd harde stoten en schokken.
• Draai de polariteit nooit om.
• Let op dat de plus- (+) en minpolen (–) correct zijn ge-
plaatst om storingen te voorkomen.
• Gebruik geen oude en nieuwe batterijen of batterijen van
verschillende typen door elkaar.
Dit kan storingen in het apparaat veroorzaken. Bovendien
zou de minder goede batterij te sterk worden ontladen.
• Verwijder lege batterijen onmiddellijk uit apparaat;
• Haal de batterijen uit het apparaat als het langere tijd niet
wordt gebruikt.
• Vervang alle lege batterijen in een apparaat tegelijk door
nieuwe batterijen van hetzelfde type.
• Isoleer de contactpunten van de batterijen met een stuk
plakband als u batterijen wilt opslaan of afvoeren.
• Maak de contacten van het toestel en de nieuwe batterij-
en zo nodig eerst schoon.
NL
11 van 76