stofbelasting worden blootgesteld.
Deze stofdeeltjes mogen niet in het lichaam
terechtkomen.
Om de belasting met deze stoffen te verminderen:
Zorg voor een goede ventilatie van de werkplek en
draag een geschikte veiligheidsbescherming, zoals
bijv. stofmaskers die in staat zijn om de
microscopisch kleine stofdeeltjes uit de lucht te
filteren.
Neem de voor uw materiaal, personeel,
toepassingsgeval en locatie geldende richtlijnen in
acht (bijv. arbeidsveiligheidsbepalingen,
afvalbehandeling).
Verzamel de ontstane stofdeeltjes op de plaats
waar deze ontstaan, voorkom dat ze neerslaan in
de omgeving.
Gebruik geschikt toebehoor. Daardoor komen
slechts weinig deeltjes ongecontroleerd in de
omgeving terecht.
Gebruik een geschikte stofafzuiging.
Verminder de stofbelasting door:
- de vrijkomende stofdeeltjes en de af te voeren
luchtstroom van de machine niet op de gebruiker
zelf of in de buurt aanwezige personen of op
neergeslagen stof te richten,
- een afzuiginstallatie en/of een luchtfilter te
gebruiken,
- de werkplek goed te ventileren en door te
stofzuigen schoon te houden. Vegen of blazen
wervelt het stof op.
- Zuig of was de beschermende kleding. Niet
uitblazen, uitslaan of uitborstelen.
5. Overzicht
Zie pagina 2.
1 Drukschakelaar
2 Vergrendelknop voor continue inschakeling
3 Stelknop voor het instellen van de maximale
slagfrequentie *
4 Schuifschakelaar voor het instellen van de
pendelbeweging *
5 Hendel van de zaagblad-spaninrichting
6 LED-lampje *
7 Zaagblad-spaninrichting
8 Zaagblad (schachtvorm: universele schacht)*
9 Aanslag
10 Toets voor het instellen van de aanslag
11 Voorste handgreep
12 Achterste handgreep
* afhankelijk van de uitrusting/niet in de omvang van
de levering
6. Montage,
Inbedrijfstelling, instellen
Vergelijk voor de ingebruikname, of de op het
typeplaatje aangegeven spanning en
frequentie overeenkomen met de gegevens van uw
stroomnet.
Schakel altijd een aardlekschakelaar (RCD)
met een max. aanspreekstroom van 30 mA
voor de machine.
6.1
Zaagblad inzetten, uitnemen
Gevaar voor letsel door scherp zaagblad. Het
zaagblad kan na het zagen heet zijn. Draag
veiligheidshandschoenen.
Trek de stekker uit het stopcontact.
Stel zo nodig de aanslag (9) anders in om toegang
tot de zaagblad-spaninrichting (2) te verkrijgen.
1 Hendel (5) van de zaagblad-spaninrichting naar
boven zwenken en vasthouden.
2 Zaagblad (8) tot aan de aanslag inbrengen of
uitnemen.
3 Hendel (5) loslaten.
4 Controleren of het zaagblad goed is bevestigd.
Aanwijzing: Mocht het zaagblad zijn afgebroken
en niet met de hand uit de zaagblad-
snelspaninrichting kunnen worden verwijderd:
Hendel (5) van de zaagblad-spaninrichting naar
boven zwenken en vasthouden. Haak vervolgens
de punt van een zaagblad aan het afgebroken deel
aan en trek het uit de snelspaninrichting. Een
fijntandig metalen zaagblad is hiervoor het meest
geschikt.
6.2
Aanslag instellen
Door de aanslag (9) te verschuiven, kan de
zaagdiepte worden begrensd (bijv. bij het zagen
voor een wand).
Verschuif de aanslag (9) af en toe om ervoor te
zorgen dat het zaagblad gelijkmatig afslijt.
1 De toets (10) indrukken en de aanslag (9) in de
gewenste positie schuiven.
2 De toets (10) loslaten en de aanslag
verschuiven tot hij vast klikt.
Controleer of de aanslag (9) goed vastzit. Hij
moet zijn vast geklikt.
7. Gebruik
7.1
Pendelbeweging instellen (SSEP 1400
MVT)
Door de pendelbeweging van het zaagblad wordt
de zaagprestatie beter (in het bijzonder bij zacht
materiaal zoals hout en kunststof). Bovendien wordt
bij een pendelbeweging het zaagblad ontzien,
omdat het bij de terugloop van het werkstuk wordt
afgenomen.
Met de schuifschakelaar (4) de gewenste
pendelbeweging instellen.
Aanbevolen instelwaarden:
0 = Pendelbeweging is uitgeschakeld.
voor dun materiaal, fijne sneden, nauwe
bochten
1 = voor harde materialen (bijv staal, spaanplaat)
2 = voor dikke materialen (bijv. hout, plastic)
3 = maximale pendelbeweging
voor snelle sneden (bijv. naaldhout)
De optimale instelling is het beste vast te stellen
door deze in de praktijk uit te proberen.
NEDERLANDS nl
17