9. Voorbereidingen voor de montage
Houd rekening met het hoofdstuk "5. Veiligheidsvoorschriften".
Wanneer de kamertemperatuurregelaar aan de netspanning moet worden
aangesloten, mag dit uitsluitend door een gekwalificeerd elektrovakman
(vb. elektricien) worden uitgevoerd, die met de geldende voorschriften (vb.
KEMA/KIVI/IEEE) vertrouwd is!
Door ondeskundige werkzaamheden aan de netspanning brengt u niet
alleen uw eigen veiligheid, maar ook die van anderen in gevaar!
Wanneer u niet over de nodige vakkennis beschikt om de montage zelf uit
te kunnen voeren, laat dit dan over aan een vakman.
• Monteer de kamertemperatuurregelaar uitsluitend op een stabiele onder-
grond. Al naargelang de ondergrond moeten passende schroeven en pluggen
worden gebruikt. Het product mag alleen worden gebruikt wanneer het vast
op een plaats is gemonteerd.
• De aansluiting van de kamertemperatuurregelaar mag alleen in een spannings-
vrije toestand worden uitgevoerd.
Schakel de elektrische netleiding stroomloos door het verwijderen van de
betrokken zekering resp. het uitschakelen van de zekeringautomaat. Zorg
ervoor dat deze niet onbevoegd weer worden ingeschakeld, b.v. met behulp
van een waarschuwingsbordje. Schakel ook de betrokken foutstroom-
schakelaar uit.
Controleer of de netleiding geheel spanningsvrij is, b.v. met een geschikt
meetapparaat.
Hetzelfde geldt wanneer via de schakeluitgang alleen een laagspanning moet
worden geschakeld, aangezien het hier tot kortsluiting kan komen!
• Let bij de aansluiting op de maximale schakelspanning van het interne
schakelrelais, zie hoofdstuk 15 ("Technische gegevens").
• Opdat de kamertemperatuurregelaar normaal kan werken, monteert u deze
niet in de buurt van radiatoren, elektrische apparaten of vensters. Voorkom
blootstelling aan direct zonlicht.
79