Sneeuw kan de freesvijzel of de uitwerp-
buis doen verstoppen.
•
Verwijder verstoppingen voorzichtig
met een stuk hout of plastiek.
Gebruik geen harde of puntige voor-
werpen, omdat deze het apparaat
kunnen beschadigen.
Reiniging/onderhoud
Laat werkzaamheden, die niet
in deze handleiding beschreven
zijn, door een door ons gemach-
tigde klantenserviceafdeling
doorvoeren. Gebruik uitsluitend
originele onderdelen.
Voor alle onderhouds- en reini-
gingswerken: Schakel het appa-
raat uit, trek de stekker uit en zorg
ervoor dat alle beweeglijke delen
stil staan. Er bestaat het risico op
lichamelijk letsel.
Algemene reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden
Spuit het apparaat niet met wa-
ter af en reinig het niet onder
stromend water. Er bestaat ge-
vaar voor een elektrische schok
en het apparaat zou beschadigd
kunnen worden.
•
Houd verluchtingsspleten, motorbe-
huizing en grepen van het apparaat
schoon. Gebruik daarvoor een voch-
tige doek of een borstel.
Gebruik geen reinigings- of oplosmid-
delen. U kunt het apparaat bijgevolg
zodanig beschadigen dat het niet
meer kan worden gerepareerd.
•
Verwijder na elk gebruik sneeuwres-
ten van de uitwerpbuis en de freesvij-
zel.
•
Controleer het apparaat telkens vóór
gebruik op duidelijk vast te stellen te-
kortkomingen zoals losse, versleten of
beschadigde onderdelen. Ga de vaste
zitting van alle moeren, bouten en
schroeven na.
•
Controleer afdekkingen en bescher-
mingsinrichtingen op beschadigingen
en een correcte zitting. Wissel deze
eventueel uit.
Sneeuwschuifrand vervangen.
1. Draai het apparaat op zijn zijde.
2. Maak de 4 kruiskopschroeven
(14a) aan de sneeuwschuifrand
(14) los en vervang deze.
3. Plaats de nieuwe sneeuwschuif-
rand (14) en schroef deze op-
nieuw vast.
Rubber rand aan de freesvijzel
vervangen
1. Schroef de bovenste bedie-
ningsstang (
ste stang (
het apparaat om.
2. Maak de 12 kruiskopschroeven,
afsluitringen en moeren (28a)
los aan de 6-delige rubber rand
(28) en neem ze van de frees-
vijzel (15).
3. Plaats de nieuwe rubber randen
(28) op de freesvijzel (15) en
schroef deze opnieuw vast.
Bewaring
•
Laat het apparaat ontdooien en dro-
gen, alvorens het weg te bergen.
•
Bewaar het apparaat op een droge
en stofvrije plaats en buiten het bereik
NL
BE
5) en de middel-
7) eraf en draai
39