andere dan de voorziene toe-
passingen kan tot gevaarlijke
situaties leiden.
•
Gebruik het apparaat niet in
de nabijheid van ontvlam-
bare vloeistoffen of gassen. Bij
veronachtzaming bestaat er
brand- of explosiegevaar.
•
Schakel het apparaat uit, trek
de netstekker af en vergewis u
dat alle beweegbare onderde-
len stilstaan:
- altijd, wanneer u de machine
verlaat,
- voordat u de uitwerpopening
reinigt of blokkeringen ver-
helpt,
- wanneer het apparaat niet
gebruikt wordt,
- voordat u het apparaat
controleert, reinigt of eraan
werkt,
- wanneer het netsnoer be-
schadigd of verstrikt geraakt
is,
- wanneer het apparaat tijdens
het werken op een vreemd
voorwerp gestoten is of wan-
neer er zich ongewone tril-
lingen voordoen. Onderzoek
in dit geval het apparaat op
beschadigingen en laat het
eventueel repareren.
Trilling wijst in het algemeen
op een storing.
Onderhoud en opslag:
•
Zorg ervoor dat alle moeren,
bouten en schroeven vast
aangedraaid zijn en dat het ap-
paraat zich in een veilige toe-
stand voor het werk bevindt.
•
Laat de noodzakelijke repara-
ties van beschadigde onderde-
len uitvoeren.
•
Tracht niet het apparaat zelf te
repareren, tenzij u hiervoor op-
geleid bent. Al de werkzaam-
heden, die niet in deze hand-
leiding vermeld worden, mogen
uitsluitend door ons gemach-
tigde klantenserviceafdelingen
uitgevoerd worden.
•
Bewaar het apparaat op een
droge plaats en buiten het be-
reik van kinderen.
•
Behandel uw apparaat met
zorg. Houd de werktuigen
scherp en netjes om beter en
veiliger te kunnen werken. Volg
de onderhoudsvoorschriften
op.
•
Reinig of vernieuw etiketten
die op het apparaat zijn aan-
gebracht. Zo zijn de instructies
over de veiligheid en de bedie-
ning van het apparaat steeds
zichtbaar.
Elektrische veiligheid:
Opgepast: zo vermijdt u on-
gevallen en verwondingen
door een elektrische schok:
•
Let erop dat de netspanning
met de op het typeaanduiding-
plaatje vermelde gegevens
overeenstemt.
•
Sluit het apparaat op een stop-
contact met aardlekschakelaar
(differentieelschakelaar) met
een uitschakelstroom van niet
meer dan 30 mA aan.
•
Vermijd lichamelijk contact met
geaarde onderdelen (bijvoor-
beeld metalen omheiningen,
metalen palen).
NL
37