5 Bediening
5.1 Algemeen
5.1.1 Magnetronvermogens
In onderstaande tabel ziet u uit welke vijf magnetronvermogens u kunt kiezen en
voor welke gerechten de vermogens geschikt zijn. Tijdens gebruik is het mogelijk het
vermogen te wijzigen door op de desbetreffende toets te drukken (zie 5.2 en 5.4).
Vermogen
900 W
700 W
450 W
300 W
100 W
5.1.2 Temperatuur wijzigen
Tijdens gebruik is het mogelijk de temperatuur te wijzigen (zie 5.3 en 5.4). De status van
de temperatuur is af te lezen in de LED-balk. De ingestelde temperatuur is bereikt als
alle blokjes van de LED-balk verlicht zijn.
5.1.3 Kookduur wijzigen
Tijdens gebruik is het mogelijk de kookduur te wijzigen (zie 5.3 en 5.4). De stappen voor
het instellen van de kookduur zijn als volgt (de maximale kookduur is afhankelijk van de
gekozen modus):
Instellen
0 - 1 min.
Stap
1 sec.
12
Gerecht
- Water koken, opwarmen
- Koken van kip, vis en groenten
- Opwarmen
- Koken van paddestoelen en schaaldieren
- Koken van gerechten die ei en kaas bevatten
- Koken van rijst en soep
- Ontdooien
- Chocola en boter smelten
- Ontdooien van gevoelige/kwetsbare gerechten
- Ontdooien van onregelmatig gevormde gerechten
- Consumptie-ijs zacht maken
- Laten rijzen van deeg
1 - 5 min.
5 - 15 min.
10 sec.
30 sec.
15 - 60 min.
60 min.+
1 min.
5 min.