Voor het gebruik de karabijnhaak van de bewegende geleider aan
een geschikt aanslagpunt bevestigen. Bevestig de karabijnhaak
aan het verbindingsmiddel / de valdemper van de meelopende
valbeveiliger aan een met "A" gemarkeerde opvangoog van het
veiligheidsharnas (EN 361). Wij adviseren het voorste opvangoog
te gebruiken. Slappe lijn voorkomen (met name bij de eerste
klimmeters in de gaten houden, totdat een toereikend lijngewicht
aanwezig is om de lijn zelfstandig op de grond te houden) en
waarborgen dat er altijd voldoende vrije ruimte onder de gebruiker
aanwezig is om het op de grond of op een onderdeel neerkomen
tijdens een val uit te sluiten (3.4 - 3.6).
Is de meelopende valbeveiliger handmatig vergrendelbaar, moet
het vrije uiteinde van de lijn worden bevestigd om het per ongeluk
optrekken van de lijn (slappe lijnvorming) te voorkomen.
Het openen/omschakelen van een handmatige vergrendeling mag
alleen in een niet valgevaarlijk gebied plaatsvinden om een val
te voorkomen.
Meelopende valstopapparaten zijn, bij een betreffende aanduiding,
ook voor horizontaal gebruik toegestaan. Hier moeten de volgende
punten in acht worden genomen:
• Randen moeten een straal van > 0,5 mm (3.6) hebben en mogen
geen bramen hebben
• Bij gevaar voor scherpe randen (straal <0,5 mm) en bramen,
- moeten er voordat u met het werk begint voorzorgsmaatregelen
worden genomen om te voorkomen dat u over de rand valt of
- moet er een kantbescherming worden gemonteerd en gebruikt of
- moet er contact met de fabrikant worden opgenomen.
• Het aanslagpunt voor de bewegende geleider mag niet lager zijn
dan het sta-oppervlak van de gebruiker, bijvoorbeeld op een dak
of een platform.
• De hoek tussen de strengen van de bewegende geleider moet
bij een val ten minste 90 ° bedragen.
• Slappe lijn dient te worden voorkomen. De lengte van het
systeem mag alleen worden gewijzigd als de gebruiker zich niet
in de richting van de valzijde beweegt.
• Werk zijdelings van het aanslagpunt tot max. 1,5 m om het risico
van een slingerval tot een minimum te beperken. Als dit niet
mogelijk
aanslagvoorzieningen, bijv. EN 795 type C of D, worden gebruikt.
• Speciale aanwijzing: Bij gebruik in combinatie met een
aanslagvoorziening EN 795 Type C moet de buiging van dit
systeem in geval van een val worden meegenomen bij het
berekenen van de vereiste vrije hoogte H
in de betreffende handleiding in acht.
• Speciale aanwijzing: Bij een val over een rand bestaat er
gevaar voor verwonding van de gebruiker door contact met het
gebouw/de constructie.
• Voor
reddingsmaatregelen worden gedefinieerd en getraind.
MAT-BA-0200-01_ 20200520_in_Bearbeitung.indd 39
MAT-BA-0200-01_ 20200520_in_Bearbeitung.indd 39
is,
dan
deze
toepassing
moeten
er
. Neem de instructies
Li
moeten
andere
geschikte
er
aanvullende
20.05.2020 10:16:55
20.05.2020 10:16:55
39 39