ONDERHOUD EN OPSLAG
– Verwijder alle resten van zaagsel en vuil uit de zitting
van de filter (6), zorg ervoor dat dit niet in de zuigpijp
(7) terecht komt.
– Hermonteer het filterelement (5) enkel wanneer het
perfect droog is, zorg ervoor dat de twee zijdelingse
uiteindes (8) perfect overeenstemmen met de daarbij
horende uitsteeksels van de zitting van de filter.
– Herplaats de twee zijdelingse klemmen (4).
– Hermonteer het deksel (2) en haak de drie veertjes (1)
vast .
CONTROLE VAN DE BOUGIE (Fig. 24)
De bougie wordt toegankelijk door het deksel van de
luchtfilter te verwijderen.
Periodiek wordt de bougie gedemonteerd en gereinigd,
door eventuele restjes te verwijderen met een metalen
borsteltje.
Controleer en herstel de correcte afstand tussen de
elektrodes
Hermonteer de bougie en draai hem stevig vast met de
bijgeleverde sleutel.
De bougie moet ingeval van doorgebrande elektroden of
een beschadigde isolatie, en ieder geval elke 100 werk-
uren, vervangen worden door een bougie met analoge
karakteristieken.
REGELING VAN DE CARBURATOR
De carburator werd in de fabriek geregeld met het oog
op de beste prestaties in alle omstandigheden, met een
minimale uitstoot van schadelijke gassen, overeenkom-
stig de geldende normen.
Ingeval van slechte prestaties, controleer eerst of de
ketting vrij beweegt en of de sporen van het blad niet ver-
vormd zijn. Wend u tot uw Verkoper voor een controle
van de carburator en de motor.
• Regeling van het minimumtoerental
LET OP!
met de motor op het minimumtoerental. Als de ket-
ting beweegt met de motor op zijn minimumtoe-
rental, neem dan contact op met uw verkoper om de
motor goed af te stellen.
De ketting mag niet bewegen
DE KETTING SLIJPEN
LET OP!
en efficiëntie, is het heel belangrijk dat de snij-in-
richtingen goed scherp zijn.
Er moet geslepen worden wanneer:
• Het zaagsel te veel op stof gelijkt.
• Er meer kracht nodig is om te zagen..
• De snede niet rechtlijning is.
• Er meer trillingen zijn.
• Er meer brandstof verbruikt wordt.
LET OP!
noeg is, neemt het risico op tegenslag (kickback)
toe.
Indien het slijpen toevertrouwd wordt aan een gespeci-
aliseerd centrum, kan dit uitgevoerd worden met speci-
ale apparatuur die zorgt voor een minimale verwijdering
van materiaal en een constante slijping van alle snij-
dende elementen.
De ketting wordt "eigenhandig" geslepen met behulp
van daartoe bestemde vijlen met ronde doorsnede en
een diameter die specifiek is voor elk type van ketting (zie
"Tabel Onderhoud Ketting"). Het slijpen vergt een goede
handigheid en ervaring, om de snijdende elementen niet
te beschadigen.
Om de ketting te slijpen (Fig. 25):
– Zet de motor af, geef de kettingrem vrij en blokkeer het
blad stevig met de ketting gemonteerd. Zorg ervoor
dat de ketting vrij kan bewegen.
– Span de ketting indien die te los zit.
– MPlaats de vijl in de geleider en breng de vijl in de uit-
sparing van de tand, waarbij een constante helling
wordt behouden naargelang het profiel van het snij-
dend element.
– Voer slechts enkele passages met de vijl uit en uit-
sluitend vooruit. Herhaal de handeling op alle snij-
dende elementen, met dezelfde richting (naar rechts
of naar links).
– Keer de positie van het blad om in de klem en herhaal
de handeling op de overige elementen.
– Controleer of de begrenzende tand niet voorbij het
controle-instrument steekt en vijl het eventueel over-
tollig materiaal weg met een platte vijl, door het profiel
ronder te maken.
– Na het vijlen worden alle vijlsporen en het vijlstof ver-
wijderd. Smeer de ketting in een oliebad.
De ketting wordt vervangen wanneer:
– De lengte van het snijdend element 5 mm of minder
bedraagt;
– de speling van de schakels op de klinknagels te groot
geworden is.
NL
Om redenen van veiligheid
Als de ketting niet scherp ge-
15