Anl Euro 4300 V_SPK1
08.09.2006
elektrovakman worden uitgevoerd, anders
bestaat er gevaar voor ongevallen voor de
bediener.
20. Sluit de stofzuiginrichtingen aan
- Als inrichtingen voor het aansluiten van
stofzuiginrichtingen voorhanden zijn, dient U zich
ervan te vergewissen dat deze aangesloten zijn
en gebruikt worden.
21. Geluid
Het geluid aan de werkplaats kan 85 dB (A)
overschrijden. In dit geval zijn geluidswerende
maatregelen voor de bediener vereist.
Bewaar de veiligheidsvoorschriften goed.
Technische gegevens
Netaansluiting
230 V ~ 50 Hz
Motorvermogen kW/PS
Compressor-toerental 1/min
Bedrijfsdruk bar
Drukvatcapaciteit (in liter)
Theor. aanzuigvermogen l/min
Geluidsvermogen LWA in dB (A)
Geluidsdrukniveau LPA in dB (A)
Bescherming type.
Gewicht van het toestel in kg
Aanwijzingen omtrent de installatie
● Controleer het toestel op transportschade.
Eventuële schade onmiddellijk aangeven aan de
vervoeronderneming waarmee de compressor
werd geleverd.
● Vóór ingebruikneming dient het oliepeil in de
compressor-pomp te worden ge-controleerd.
● De compressor dient nabij de verbruikers te
worden geïnstalleerd.
● Vermijd lange luchtkabels en toevoerleidingen
(verlengingen).
● Let op droge en stofvrije aanzuiglucht.
● De compressor niet in een vochtige of natte ruimte
installeren.
● De compressor mag slechts in gepaste ruimten
(goed geventileerd, omgevingstemperatuur
+5°/+40°C) worden gebruikt. In de ruimte mogen
geen stof, zuren, dampen, explosieve of
ontvlambare gassen zijn.
10:21 Uhr
Seite 19
● De compressor is geschikt voor gebruik in droge
ruimten. Hij mag niet worden gebruikt in zones
waarin met spatwater wordt gewerkt.
Veiligheidsvoorschriften omtrent het
werken met perslucht en verfspuiten
Compressor en leidingen bereiken tijdens het bedrijf
hoge temperaturen. Aanrakingen leveren
verbrandingen op.
De gassen of dampen aangezogen door de
compressor dienen vrij van bijmengsels te worden
gehouden die in de compressor brand of
ontploffingen kunnen veroorzaken.
Bij het losdraaien van de slangkoppeling moet het
koppelingsgedeelte van de slang met de hand
worden vastgehouden teneinde verwondingen door
de terugsspringende slang te vermijden.
Bij het werken met de uitblaaspistool veiligheidsbril
2,2 / 3
dragen. Door vreemde lichamen en weggeblazen
2850
deeltjes kunnen gemakkelijk verwondingen worden
8
veroorzaakt.
50
Met de uitblaaspistool geen personen aanblazen of
kleren aan het lichaam schoonmaken.
412
89,9
75,9
Veiligheidsvoorschriften bij het
IP 20
verfspuiten opvolgen!
46
● Geen lakken of oplosmiddelen met een vlampunt
van minder den 21° C verwerken.
● Lakken en oplosmiddelen niet verwarmen.
● Indien vloeistoffen worden verwerkt die schadelijk
zijn voor de gezondheid, zijn filtertoestellen
(gezichts-masker) vereist. Volg eveneens de
aanwijzingen van de fabrikant van dergelijke
stoffen op wat betreft veiligheidsmaatregelen.
● Tijdens het spuiten alsook in de werkruimte mag
niet worden gerookt. Ook verfdampen zijn
brandbaar.
● Stookplaatsen, open licht of vonkenslaande
machines mogen niet voorhanden of in werking
zijn.
● Spijs en drank niet in de werkruimte bewaren of
consumeren. Verfdampen zijn schadelijk.
● De op de verzamelverpakkingen van de verwerkte
materialen aangegeven informatie en
aanduidingen van de verordening omtrent
gevaarlijke stoffen dienen in acht te worden
genomen.
NL
19