• Controleer het apparaat en de hulpstukken op transport-
schade.
• Bewaar de verpakking indien mogelijk tot na het verstrij-
ken van de garantietijd.
LET OP
Het apparaat en de verpakkingsmaterialen zijn geen kinder-
speelgoed! Kinderen mogen niet met kunststof zakken, folies
en kleine onderdelen spelen! Er bestaat gevaar voor inslik-
ken en verstikkingsgevaar!
• Lintzaagmachine / Zaagband (voorgemonteerd)
• Zaagtafel
• Schuifstok
• Parallelaanslag
• Steeksleutel SW 10/13
• Inbussleutel SW 3/4/5
• Schroevendraaier
• Originele handleiding
4. Reglementair gebruik
De bandzaag wordt gebruikt voor het langszagen en
dwarszagen van houten blokken of houtachtige werkstuk-
ken. Ronde materialen mogen alleen worden gezaagd met
geschikte houders.
De machine mag slechts voor werkzaamheden worden
gebruikt waarvoor ze bedoeld is. Elk ander verder gaand
gebruik is niet reglementair. Voor daaruit voortvloeiende
schade of letsel van welke aard dan ook is de gebruiker/
bediener, niet de fabrikant, aansprakelijk.
Er mogen uitsluitend voor de machine geschikte zaagban-
den worden gebruikt. Het naleven van de veiligheidsvoor-
schriften alsmede van de montage-instructies en aanwijzin-
gen aangaande de werking vermeld in deze handleiding
maakt eveneens deel uit van het reglementaire gebruik.
Personen, die de machine bedienen en onderhouden, moe-
ten hiermee vertrouwd en van mogelijke gevaren op de
hoogte zijn. Bovendien moeten de geldende voorschriften
ter voorkoming van ongevallen strikt worden opgevolgd.
Andere algemene regels op het gebied van de arbeidsge-
neeskunde en veiligheid dienen in acht te worden genomen.
Veranderingen aan de machine sluiten een aansprakelijk-
heid van de fabrikant en daaruit voortvloeiende schade he-
lemaal uit.
Ondanks een doelmatig gebruik kunnen bepaalde resteren-
de risicofactoren niet volledig uit de weg worden geruimd.
Ten gevolge van de constructie en opbouw van de machine
kunnen zich de volgende punten voordoen:
• Gehoorschade bij niet-gebruik van de nodige gehoorbe-
schermer.
• Bij gebruik in gesloten vertrekken komt houtstof vrij dat
schadelijk is voor de gezondheid.
• Gevaar op ongevallen door handcontact in het niet afge-
dekte snijbereik van het werkstuk.
• Gevaar op letsel bij het verwisselen van werktuigen (ge-
vaar op snijwonden).
38
NL/BE
• Gevaar door het wegslingeren van werkstukken of delen
van werkstukken.
• Beknellen van de vingers.
• Gevaar door terugslag.
• Kantelen van het werkstuk door een te klein oplegopper-
vlak van het werkstuk.
• Aanraken van het snijwerktuig.
• Wegslingeren van takken en werkstukdelen.
Wij wijzen erop dat onze toestellen overeenkomstig hun be-
stemming niet ontworpen zijn voor commercieel, ambachte-
lijk of industrieel gebruik. Wij zijn niet aansprakelijk indien
het apparaat in ambachtelijke of industriële bedrijven als-
mede bij gelijk te stellen activiteiten wordt gebruikt.
5. Veiligheidsaanwijzingen
Let op! Bij gebruik van elektrische apparaten dient u de vol-
gende fundamentele veiligheidsmaatregelen te nemen ter
bescherming tegen elektrische schokken, letsel en brandge-
vaar. Lees alle voorschriften alvorens deze machine te ge-
bruiken en bewaar de veiligheidsvoorschriften.
Veilig werken
1.
Hou u uw werkplaats netjes
- Wanorde op uw werkplaats leidt tot gevaar voor on-
gelukken.
2.
Hou rekening met de omgevingsinvloeden
- Stel elektrisch materieel niet bloot aan de regen.
- Gebruik elektrisch materieel niet in vochtige of natte
omgeving.
- Zorg voor een goede verlichting.
- Gebruik elektrisch materieel niet in de buurt van brand-
bare vloeistoffen of gassen.
3.
Bescherm u tegen elektrische schok
- Vermijd lichamelijk contact met geaarde delen, b.v.
buizen, radiatoren, fornuizen, koelkasten.
4.
Buiten bereik van personen houden.
- Laat andere personen, met name kinderen, het elek-
trische gereedschap of de kabel niet aanraken. Let op
dat deze personen buiten de werkzone verblijven.
5.
Bewaar uw gereedschappen op een veilige plaats
- Niet gebruikte gereedschappen moeten in een droge
gesloten ruimte buiten bereik van kinderen worden be-
waard.
6.
Overbelast uw gereedschap niet
- U werkt beter en veiliger in het opgegeven ver - mo-
gensgebied.
7.
Gebruik het juiste gereedschap
- Gebruik geen te zwakke gereedschappen of voorzet-
stukken voor zwaar werk.
- Gebruik gereedschappen niet voor doeleinden en
werkzaamheden waarvoor ze niet bedoeld zijn; ge-
bruik b.v. geen handcirkelzaag om bomen te vellen of
takken te kappen.
- Gebruik de machine niet om brandhout mee te zagen.
8.
Draag de gepaste werkkledij
- Draag geen wijde kleding of sieraden. Ze kunnen door
bewegende delen worden gegrepen.
- Bij het werken in open lucht draagt u best rubberhand-
schoenen en slipvast schoeisel.